Duurzame professionalisering is geadviseerd aan de politieke partijen

Gepubliceerd op 10 september 2023 om 11:51

Deze keer is de Partij voor de Dieren aan de beurt. De brief van Esther Ouwehand aan het partijbestuur heb ik gelezen. Ik moet zeggen dat ik haar volledig gelijk geef als de situatie die zij schetst waarheidsgetrouw is. En ik ben er zeker van dat zij niets heeft verzonnen.

Ik ben geen lid van een politieke partij, vereniging, of willekeurige "club". Ik denk dat het normaal is om je eerst welkom te voelen voordat je je committeert aan een "club" en de mensen daar. Hoewel ik niet specifiek voor de Partij voor de Dieren ben, vind ik dat ze zich altijd onderscheidt van alle andere politieke partijen. Ik heb simpelweg respect voor een politieke partij die opkomt voor haar idealen, ongeacht hoe moeilijk het is tussen al die gevestigde partijen. Ze hebben het ook fantastisch gedaan, gezien het gestaag toenemende aantal zetels. Dit succes is mede te danken aan de inzet van Esther Ouwehand en andere Kamerleden van de PvdD natuurlijk.

Hoewel ik persoonlijk geen "fan" ben van Esther Ouwehand, geloof ik dat haar constateringen correct zijn. Veel mensen die plaatsnemen in het bestuur doen dat voor hun eigen aanzien en macht. Maar wat hebben ze feitelijk gedaan? Wat stelt een bestuur voor zonder de partijleider, Kamerleden en vrijwilligers? Wat wordt er daadwerkelijk bereikt voor de partij met alleen vergaderen? De belangrijkste taak van een bestuur is het verenigen van leden. Maar wat als de leden binnen een partij juist verder uit elkaar gedreven worden? Of doet het bestuur juist niets zodat allerlei interne (personeels)problemen boven water komen, zoals integriteitskwesties en pesterijen? We zien dit al veelvuldig in het nieuws, bij de meeste politieke partijen. De partijleider (niet te verwarren met de bestuursvoorzitter) moet vaak alles slikken omdat hij of zij het gezicht naar buiten toe is, terwijl interne kwesties tijdig aangepakt zouden moeten worden door het partijbestuur. Ik zie het overlopen van Kamerleden naar een andere partij bijvoorbeeld als de verantwoordelijkheid van het partijbestuur of de partijvoorzitter, en niet die van de partijleider of fractievoorzitter. Het partijbestuur is verantwoordelijk voor het welzijn van alle leden, zowel de Kamerleden als de vrijwilligers. Die staan namelijk in dienst van de partij. In HR-terminologie zijn ziekteverzuim en personeelsverloop tekenen van een disfunctionerend HR-beleid en leidinggevenden binnen een organisatie. En wie is verantwoordelijk voor de interne organisatie binnen een politieke partij?

Zoals in de brief van Esther Ouwehand wordt geschetst, is er een gebrek aan professionalisering en democratisering binnen het bestuur. Een of meerdere bestuursleden handelden mogelijk, bewust of onbewust, niet in het belang van de partij. Volgens mij kan dit in sommige gevallen komen door het onvermogen van de betreffende persoon om bepaalde verantwoordelijkheden te dragen of problemen op te lossen. In andere gevallen is er sprake van een gebrek aan zelfinzicht. Wat het toevallig maakt, zijn de meldingen over integriteitsschendingen met betrekking tot Esther Ouwehand. Hierdoor wordt haar voordracht voor het lijsttrekkerschap terzijde geschoven. Er zijn minimaal twee mogelijkheden: 1) Het bestuur heeft de partijleider inderdaad opzij gezet vanwege persoonlijke rancune. 2) Er zijn leden binnen de partij ontevreden over hun partijleider en hebben meldingen gemaakt over integriteit. Het partijbestuur handelt de zaak af zoals het hoort. Ik ben echt benieuwd naar het onderzoek dat wordt uitgevoerd. Hiermee wordt vooralsnog de ‘beschuldiging’ aan het adres van het partijbestuur bevestigd. Als deze interne kwesties tijdig waren gesignaleerd, aangepakt en opgelost, zouden ze niet toevallig samenkomen op een cruciaal moment voor een partij. Nu zouden ze hun tijd en energie juist moeten steken in de aanstaande Tweede Kamerverkiezing.

Ongeacht of Esther Ouwehand integriteitsschendingen heeft gepleegd, geldt het probleem dat zij schetst over de noodzaak van professionalisering binnen het partijbestuur zeker niet alleen voor de PvdD. Ik vind dat de interne organisatie binnen politieke partijen vergelijkbaar is met veel amateuristische non-profitorganisaties in het land. Die hoeven niet te 'presteren' om de organisatie in stand te houden. De financiële bijdragen stromen gewoon binnen door vriendjes te worden met de geldschieters. Het verschil is dat een politieke partij te maken heeft met hooggekwalificeerd 'personeel'. Dat personeel met cv wordt gepresenteerd aan de buitenwereld, inclusief bijbehorende reputatie en imago. De binnenkant van zo'n partij is vaak 'leeg' of gevuld met vriendjespolitiek en uitsluitingen. Alleen leden met politieke functies tellen mee. Nu blijkt dat zelfs die mensen in sommige partijen geen zeggenschap hebben. Omdat politiek om macht en 'exposure' draait, zijn er toch genoeg gegadigden die willen meedoen; soms gedreven door eigen ego. Het interesseert die politici niet of de interne organisatie goed draait, zolang ze maar bekend en succesvol zijn naar buiten toe.

Wat dat betreft vind ik dat Esther Ouwehand een leider is met visie. Ze ziet dat het succes (de buitenkant) van haar partij niet parallel loopt met de omstandigheden binnen de partij (de binnenkant), waar het partijbestuur verantwoordelijk voor is. Dit kan op termijn de partij schaden. Het wordt dan moeilijk om een versplinterde of instabiele partij te leiden als partijleider. Ze wil problemen voorkomen. We hebben al genoeg voorbeelden gezien bij andere partijen van hoe het kan eindigen als het intern niet goed zit. Ik moet zeggen dat ik het apart vind dat het partijbestuur niet wil luisteren naar of praten met een door de leden gekozen partijleider. Er is een grote kans dat het bestuur confrontaties probeert te vermijden. Hoe kun je in het bestuur zitten als je vermijdend bent in de omgang met mensen?

Aan de andere kant heb ik ook de arrogantie van een bestuurslid van een politieke partij van dichtbij meegemaakt. Een persoon die nog relatief jong is en weinig levenservaring heeft, kijkt bijna op mij neer. Hij voelt zich belangrijk omdat hij in het partijbestuur zit, terwijl hij nog weinig van de wereld en het leven heeft gezien. Zo'n persoon is als een kikker die zijn hele leven in een diepe en bedompte put heeft gewoond en denkt dat de wereld niet groter is dan de opening van de put. Confrontatie vermijden of zelfobsessie zijn eigenschappen die sommige bestuursleden van politieke partijen waarschijnlijk kenmerken. Het is dan ook geen wonder dat een professionaliseringsslag een onmogelijke opgave wordt.

Politieke partijen zijn marketingproducten geworden, zonder dat ze dat zelf beseffen. Ze hanteren vaak de ouderwetse verkoopmethode van "hard sell." Zelfs commerciële bedrijven beginnen nu te praten over SDG's (Sustainable Development Goals). Politieke partijen proberen echter nog steeds stemmen te trekken door campagnes te voeren vlak voor de verkiezingen. Politiek, die juist voorop zou moeten lopen, raakt achterop in de samenleving vanwege hun interne organisatie. Professionalisering is hard nodig, aangezien politieke partijen verantwoordelijk zijn voor het beste "personeel" van de BV Nederland. Het is belangrijk om in gedachten te houden dat er nog tal van andere BV’s zijn in het land.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.