De stikstof doet stof opwaaien

Gepubliceerd op 19 juni 2022 om 15:13

In een talkshow zag ik de stikstof minister praten over haar beleid. Zij had er over een balans tussen economie en natuur. Dat klonk gelijk goed voor mij.  Ik heb haar persconferentie niet gevolgd. Maar mijn overtuiging is: als het doel is om ergens balans in te brengen, dan kan dat nooit fout zijn.

Ik heb weinig verstand van de stikstof kwestie. Met de beperkte kennis die ik heb, weet ik dat het probleem in ieder geval aangepakt moet worden. Met het aanpakken van een probleem hebben we vaak alleen twee opties, dit geheel afhankelijk van de tijd die wij nog hebben: Als de 'deadline' nadert dan moeten wij hier en daar concessies doen om het doel gezamenlijk te bereiken. En als er lang genoeg van te voren begonnen is met het aanpakken van een probleem, dan hebben wij de luxe om lang stil te staan gedurende het proces of het voortraject. Ik kan de minister goed begrijpen. We moeten nu doelgericht aan de slag gaan omdat er in de afgelopen decennia niets aan de kwestie is gedaan. In feite is de discussie al langer gaande. De geopperde richting zou geen verrassing moeten zijn voor ons. De boeren hebben jaren lang de tijd gehad om zich daarop voor te bereiden.

Tegenover klimaatverandering of natuurrampen zijn we als mens heel klein en hulpeloos. De enige wat we als mens kunnen doen is de komst van ernstige omstandigheden uit te stellen. Met de hoop dat een aantal genieën geboren worden straks die in staat zijn de problemen beter of grondiger aan te pakken voor de wereld en de aarde. Het terugdringen van de stikstof uitstoot kan indirect bijdragen aan de afname van broeikasgasuitstoot. Door een krimp van de veestapel vanwege de maatregel kan de vleesexport naar het buitenland verminderd worden. Nederland is namelijk de grootste vleesexporteur in EU. Daarom betekent minder vee hebben niet dat Nederland in de situatie zoals hongersnood of vleestekort belandt. Daarmee katalyseren wij wel de ontwikkeling dat andere landen wat minder vlees te consumeren hebben. Indirect dragen wij weer positief bij aan het milieu en de aarde die van ons allen is. Wij leveren daarvoor een stukje economische groei in. Nederland is toch nobel bezig? Wij zijn een voorbeeld voor de andere landen.

En die discussie over modellen en berekeningen; Als burger heb ik geen tijd om me in alle onderwerpen te verdiepen. Daarom probeer ik vertrouwen te hebben in de beslissing van de ministers, met adviseurs die zij om zich heen hebben. Als het goed is hebben ze tot op de bodem uitgezocht wat het beste is voor Nederland. Natuurlijk kan ik niet uitsluiten dat een minister verkeerd kan oordelen. Maar ze zijn met z’n twintigen in de ministerraad. Het kan toch niet zo zijn dat iedereen daar lag te slapen?  Daarnaast worden de ministers gefaciliteerd door hun ambtenaren. Ik sluit wederom niet uit dat de modellen inderdaad niet goed genoeg zijn. Maar een model wordt slechts gebruikt voor een soort ‘voorspelling’ of schatting. Het helpt een richting aan te geven. Dat hoeft volgens mij ook niet 100% correct te zijn. De taak van het kabinet is enkel het stellen van een heldere verantwoordelijke kader en een realistisch doel. Hoe dat doel bereikt wordt is aan de overheidsinstanties samen met de burgers.

Iedere keer wordt er geroepen over democratie maar niemand weet die constructief toe te passen. We kijken niet naar de ruimte die we hebben gekregen. We weten ook niet hoe we zelf iets tot het beste van te maken. Het contrast dat telkens duidelijk naar voren komt is: we kijken graag naar de ‘baas’ maar willen de ‘baas’ niet volgen. Dit doet me denken aan een kind dat rebels is. Hij of zij heeft papa of mama nodig maar wil niet luisteren. Volgens mij zijn de boeren nu in aanzet. In plaats van tijd te verspillen aan protesten of huisbezoeken, moeten de boeren van hetzelfde gebied om de tafel gaan zitten. Ze gaan de koppen bij elkaar steken en kijken hoe ze het aangegeven stikstofreductie gezamenlijk kunnen bereiken in hun eigen gebied. Tegelijkertijd wordt het totale landelijke resultaat steeds erbij gehaald om zo het proces en resultaat per gebied bij te sturen. 

Hoe dan ook staat niemand te popelen op verandering. De situatie die er speelt is absoluut niet leuk voor de boeren. Sommige boeren kunnen hun droom blijven vasthouden en sommigen moeten zich misschien aanpassen aan de nieuwe realiteit, en een nieuwe droom najagen. Verandering kan veel vragen. Als de emoties bedaard zijn, dan zien we pas weer licht en nieuwe kansen. Het gezamenlijk bereiken van stikstofreductie in een bepaald gebied is een puzzel die de boeren samen moeten leggen op basis van aantal zelfreflectievragen, zoals in hoeverre heeft mijn bedrijf al stappen gemaakt in innovatie of bijgedragen aan stikstofreductie? Hoe belangrijk is de natuur voor mij? Hoe belangrijk is de toekomst van Nederland en die van de volgende generaties? Hoeveel lef heb ik om een veranderende fase van het leven in te gaan?  Wie weet krijgen wij eensgezindheid en kunnen wij zonder moeite de reductiepercentage halen. Dat was ook gebeurd tijdens de coronaperiode: de CO2-uitstoot daalde wereldwijd met gemiddeld 40% door thuiswerken. En dat zonder van te voren een doel te stellen met elkaar.  

Behalve voor de boeren hebben de ministers het vast ook erg moeilijk. Wie wilt niet met plezier lief gevonden worden en alleen maar goed nieuws mede te delen hebben? Helaas gaat het kabinet wel over het landsbelang en ook de langetermijnvisie. Voor de ‘toekomst’ moeten er soms keuzes gemaakt worden die niet gedragen worden door de mensen die alleen naar het nu kunnen kijken; waar ze zelf wel of niet profijt van iets krijgen. Want de toekomst is toch iets van ver weg voor de meesten. We spelen daar zelf misschien niet eens meer een rol in. Dit is de tragiek van leider zijnde: wat je ook doet heb je altijd mensen die niet eens zijn, of tegen je zijn. Daarom moeten we onszelf niet meten aan wat de anderen vinden, maar wat we zelf horen te doen vanuit een bepaalde positie. Als we toch niet de hele wereld kunnen behagen dan moeten wij minimaal achter onze eigen beslissing kunnen staan, na het opdoen van veel kennis en zelfreflectie.

Aan de boeren wil ik nog het volgende zeggen: Onderschat jezelf vooral niet. Boeren zijn ook ondernemers. Met die ondernemende houding zouden jullie slagen in welk sector, waar en hoe dan ook. Want ondernemers zijn creatief en flexibel, en hebben boven al veel lef. Ze deinzen niet terug voor uitdagingen. Ik weet niet of de boeren ook zo zijn. Dat zijn tenminste de eigenschappen die ik gezien heb bij veel ondernemers.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.