Toen ik voor het eerst naar Nederland kwam, viel het me op dat er geen daklozen of bedelaars op straat te zien waren. Ik vond het erg fascinerend. Nu, tientallen jaren later, past het straatbeeld meer bij wat ik vroeger had verwacht: er zijn bedelaars en zwervers op straat, in de parkeergarages, en af en toe ook in het openbaar vervoer.
Het beeld dat ik voor ogen krijg, lijkt overeen te komen met de gepubliceerde cijfers. "Het aantal urgentieaanvragen van mensen die dakloos dreigen te raken, is met maar liefst 260 procent gestegen, aldus de bron." "Ruim 30.000 mensen in Nederland zijn dakloos, schat het Centraal Bureau voor de Statistiek."
Hier en daar hoor ik termen die de nieuwe generatie daklozen onderscheiden van de klassieke dak- en thuislozen. Lange tijd associeerden we daklozen met mensen zonder baan, die zwerven en lijden aan verslavings- of psychische problemen. De nieuwe dak- en thuislozen worden economische daklozen genoemd. Ze hebben geen extra zorg nodig en hebben een baan. Het enige waar ze hulp bij nodig hebben, is het vinden van een betaalbare woning. Tussen de klassieke en economische daklozen is er ook nog een groep verborgen dak- en thuislozen. Deze groep slaapt bijvoorbeeld bij iemand thuis op de bank, in een caravan of in de auto. Er zijn ook mensen die gelukkig langdurig bij ouders of familie mogen verblijven.
De kwestie van het niet kunnen betalen van een eigen onderkomen vanwege gebrek aan inkomen is lange tijd geleden al aangepakt. Dak- en thuislozen hoeven slechts een inschrijfadres te bemachtigen bij opvang, zodat ze een bijstandsuitkering kunnen aanvragen. Voorheen lag het probleem vaak bij het niet kunnen of willen voldoen aan de verplichtingen die gepaard gaan met een vast verblijfadres. De nieuwe generatie dak- en thuislozen heeft echter een inkomen maar geen onderdak. In dit geval hebben ze waarschijnlijk geen controle over de oorzaak van het probleem. Ze kunnen bijvoorbeeld al werkzaam zijn in een baan met het hoogst haalbare salaris voor hen, en ze hebben geen onrealistische uitgavenpatronen.
Volgens de verhalen die ik heb gehoord en gelezen over economische dak- en thuislozen, ontstaat hun situatie vaak door onvoorziene persoonlijke omstandigheden, zoals een verbroken relatie en inkomensverlies. Zij die daardoor dakloos worden, worden als het ware dubbel gestraft. Het is al erg genoeg om met persoonlijke problemen te kampen. Als je dan ook nog eens geen onderdak hebt, geen veilige haven om naar terug te keren en tot rust te komen, wordt het leven nog ondraaglijker. Als thuislozen daardoor minder goed voor zichzelf kunnen zorgen en hun baan verliezen, raken we nog verder van huis. Economische daklozen lopen het risico om zich te ontwikkelen tot de meer traditionele vorm van dakloosheid.
Zoals ik aan het begin van deze blog heb benoemd, ben ik gewend om daklozen en dergelijke te zien in Britse Hong Kong. Veel problemen daar zijn ontstaan door de snelle economische ontwikkelingen die zijn beïnvloed door de periode van Britse kolonisatie, met te weinig preventieve en tijdige acties vanuit de Britse overheid. De samenleving kan de veranderingen niet altijd bijbenen, waardoor veel kwetsbare burgers de slachtoffers zijn geworden. De uitspraak "Survival of the fittest" geldt zeker in Hong Kong. Hoewel de Chinese overheid nu probeert het beleid in Hong Kong te wijzigen, bijvoorbeeld door meer sociale woningen te bouwen, is er eigenlijk ook weinig grond beschikbaar om dat te doen. Niet voor niets wonen mensen daar al jaren in torenhoge wolkenkrabbers. Hong Kong behoort tot een van de dichtstbevolkte gebieden ter wereld. Een alternatieve aanpak is om meer inwoners van Hongkong te verwelkomen op het vasteland van China.
Mensen met een inkomen op of onder bijstandsniveau daar, wonen vaak in een 'kooi' van ongeveer twee vierkante meter. Dit kost omgerekend ongeveer 260 euro per maand. Het zijn meestal alleenstaande mannen die daar langdurig verblijven. Wanneer ze de leeftijd bereiken waarop ze fysiek niet meer goed kunnen werken, lijken ze veroordeeld te zijn tot een leven onder deze omstandigheden tot aan hun overlijden. Ik lees ook verhalen over mensen die daar al vijfentwintig jaar wonen. Er is geen privacy en hun bezittingen worden regelmatig gestolen. Als mensen een iets beter inkomen hebben, kunnen ze verhuizen naar 'Subdivided flats' van ongeveer twaalf vierkante meter, die eigenlijk slechts een van de kamers zijn in een kleine woning. Een eigen 'keuken', 'douche' en 'toilet' zijn ook in die oppervlakte inbegrepen. De huur bedraagt bijvoorbeeld 750 euro per maand. Waar vraag naar is, ontstaat een markt, vooral voor commerciële Hongkongers. Beleggers kopen graag panden om ze om te vormen tot 'kooien' en 'Subdivided flats'. Hoe dan ook, iedereen heeft behoefte aan onderdak. Men geeft er de voorkeur aan om in een 'kooi' te wonen dan onder een brug te slapen.
De schaarste aan betaalbare woningen in Nederland, vergelijkbaar met het probleem in het Britse Hong Kong, is hoofdzakelijk ontstaan door politieke beslissingen en overheidsbeleid, waar de burgers weinig invloed op hebben. Er is een tekort aan betaalbare (huur)woningen op de markt, mede door de grote toestroom van nieuwkomers zoals asielzoekers en andere immigranten die aanspraak maken op bestaande huurwoningen. Bovendien sluit het bestaande aanbod waarschijnlijk niet goed aan op de vraag van de markt. Volgens het CBS bestaat ongeveer 39% (3,3 miljoen) van alle 8,3 miljoen huishoudens uit één persoon, terwijl gezinnen of alleenstaande ouders vaak voorrang krijgen bij het toewijzen van een huurwoning. Hoe groot moet een huurwoning zijn voor een eenpersoonshuishouden? Houden veel alleenstaanden hun eigen woning aan terwijl ze eigenlijk ergens anders verblijven? Het is ook de vraag of deze situaties drastisch zullen veranderen in de nabije toekomst, gezien het aantal gedeelde huishoudens en de instroom van immigranten. Wordt er bij het bouwen van woningen rekening gehouden met de verschuivingen die we de komende jaren zullen zien? Misschien moeten we gezamenlijk de normen voor huisvesting heroverwegen, met inbegrip van de normen die zijn ontstaan door de toename van welvaart, zoals de verwachting dat elk kind een eigen slaapkamer zou moeten hebben. Zetten we soms geen onrealistisch hoge eisen bij het bouwen of betrekken van een woning?
De grootste boosdoener van de woningcrisis waarin we ons bevinden, is dat er standaard te lang wordt gewacht met de noodzakelijke acties. Mensen worden niet van de ene op de andere dag dakloos. Waarom worden de cijfers en noodkreten genegeerd? Het zijn mensen die net boven het minimum verdienen, die geen wenselijke of afwijkende gezinssituatie hebben, of met omstandigheden te kampen hebben die slechts aan de rand van de afgrond zijn, die overal last van hebben in het huidige systeem. Ik vind het vooral niet rechtvaardig dat deze groep Nederlanders moet lijden terwijl er regelmatig voorkomt dat asielzoekers hun woning weigeren te accepteren, of geplaatst worden in een luxe hotel. Wat maakt de asielzoekers superieur ten opzichte van Nederlanders? Nederland is waarschijnlijk alleen bezorgd over mogelijke kritiek van de (internationale) media en andere partijen wanneer kwesties met betrekking tot asielzoekers aandacht krijgen. Het welzijn van Nederlanders zelf is immers niet relevant voor andere landen of internationaal.
Wonen is een essentiële behoefte in een beschaafde samenleving. Zonder adequaat onderdak dreigen we terug te vallen naar een meer primitieve levensstijl, zoals in het stenen tijdperk, waarin het normaal was om in de natuur of buiten te slapen. Het is belangrijk om te zien hoe Nederland is afgegleden door deze huisvestingsproblemen. We zien al aanbod van "Subdivided flats" in grote steden, hoewel de prijzen aan de hoge kant zijn. Moeten we als Nederlanders het voorbeeld van de (non)-aanpak van de Britten volgen en ons langzamerhand gaan richten op het concept van 'kooien'? Op dit moment werkt het kabinet hard aan oplossingen voor de woningcrisis. Maar zou het probleem niet ook meteen moeten worden aangepakt voor de Nederlanders zelf, nu?
Tot slot: Enkel vanwege deze decennialang durende uitzichtloze kwestie in Hong Kong vind ik dat Britten geen recht hebben om over mensenrechten te praten. Het recht op een adequate levensstandaard, inclusief voedsel, kleding, huisvesting en medische zorg, zou aangegeven zijn in artikel 25 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) uit 1948.
Dit artikel luidt als volgt: 'Een ieder heeft recht op een levensstandaard, die hoog genoeg is voor de gezondheid en het welzijn van zichzelf en zijn gezin, waaronder inbegrepen voeding, kleding, huisvesting en geneeskundige verzorging en de noodzakelijke sociale diensten, alsmede het recht op voorziening in geval van werkloosheid, ziekte, invaliditeit, overlijden van de echtgenoot, ouderdom of een ander gemis aan bestaansmiddelen, ontstaan ten gevolge van omstandigheden onafhankelijk van zijn wil.
Reactie plaatsen
Reacties