(Zelf)Liefde is het omhelzen van imperfectie (deel 1)

Gepubliceerd op 6 juni 2021 om 15:15

Op de dagen waar ik mijn eigen wonden moet likken, omdat ik weer eens pijn gedaan word door mensen, denk ik graag aan de dierbaren die van mij houden. Ze zetten mijn belang boven zijn of haar eigen belang. Mijn neef in New York is één van hen.

Ik ben niet opgegroeid bij de familie aan mijn moederskant, daarom had ik mijn neef nooit gekend. Hij kent mij van kinds af aan via de familieverhalen. Met zijn pensionering op 33-jarige leeftijd, ging hij een wereldreis maken om al zijn familie te bezoeken. Zo nam hij contact op met mij via mijn moeder. Bij de eerste ontmoeting in Nederland was er gelijk een klik. Een vriendin die toen aanschoof tijdens het eten dacht dat mijn neef en ik elkaar al jaren kenden. Ik ben een nieuwsgierige persoon dus vroeg heel direct aan hem: ‘Wat heb je precies? Defensie gaat jou niet zo maar 7000 US dollars per maand betalen.’ Tijdens een stedentrip naar Parijs en drie weken logeerpartij kreeg ik over zijn leven te horen van vóór het pensioen.

Mijn neef is een mix van Vietnamees, Jamaicaans en meer. Hij groeide op in een gezin met bovenmodaal inkomen omdat zijn vader al bijna heel zijn leven bij de militaire zat. Veel Amerikanen gaan het leger in voor het geld of om het leven van hun familie te verbeteren. Mijn neef (hierna wordt hij Carter genoemd) heeft eerst geschiedenis gestudeerd en daarna rechten. In plaats van de advocatuur in te gaan koos hij voor de landmacht. Hij gaf zich vrijwillig op voor de eenheid Infanterie – troepen die vooruit lopen tijdens oorlogsgevecht. Niemand was eens met zijn keuze. Want met advocatuur kun je veel geld verdienen in Amerika. En waarom de keuze voor de eenheid waar je het meest gevaar kan lopen? Tegen de zin van iedereen was hij het leger in gegaan. Hij stond nog in de krant: een jonge talentvolle advocaat die voor de krijgsmacht kiest en uitgezonden wordt naar Afghanistan. Hij voelt de roeping om mensen in de oorlogsgebieden te beschermen en de vrede te bewaken.

Carter verdiept zich graag in Vietnamese geschiedenis en heeft een collectie waarmee hij een museum kan openen. Toen hij in Nederland op bezoek was wilde hij naar Parijs gaan. Wij hadden daar het graf van een Vietnamese keizer bezocht en een ontmoeting gepland met een Vietnamese prinses in ballingschap die in Parijs woont. Door hem 24 uur mee te maken zag ik iets aparts aan hem. Vóór het slapen gaan ging hij de hele kamer controleren, ook achter de gordijnen en buiten het raam. Volgens hem konden ‘spionnen’ of ‘vijanden’ ergens schuilen en onze veiligheid bedreigen in de nacht. Ik zei nog voor de grap: ‘Wij zijn veilig omdat je nu met mij bent.’ In de ochtend was ik eerder wakker dan hem. Ineens lag hij heftig te bewegen. Op zijn gezicht zag ik allerlei emoties. Ik wist niet wat ik moet doen, hem wakker maken of iets anders. Gelukkig was hij snel wakker. Ik vertelde hem wat ik zag. Hij zei: ‘Ik droomde over een situatie tijdens de oorlog.’ Ik zei: ‘In een droom kun je beïnvloeden om sneller uit de nachtmerrie te komen. Waarom doe je dat niet?’ Hij zei: ‘Ik kan mijn team niet achterlaten.’ Hij was namelijk de aanvoerder in het leger. Voordat wij vertrokken uit Parijs zei hij tegen mij: ‘Wel vreemd, ik heb al heel lang niet meer zo goed geslapen.’

Over zijn roeping zei ik tegen Carter: ‘Je wilt mensen beschermen. De soldaten worden echter gebruikt door de macht liefhebbers als schaakstuk. Je laat je gebruiken voor bepaalde doeleinden.’ Hij zei: ‘Ik weet het. Als ik het niet doe, zijn er genoeg mensen die dat willen doen vanwege geld. Als ik daar ben, dan weet ik zeker dat het vanuit mij wel de juiste wordt gedaan voor de soldaten en burgers.’ Behalve een aanvoerder zijn in het team had hij ook een verdedigingsfort ontworpen en gebouwd in Afghanistan.

Mijn neef overleefde twee bomaanslagen maar is immens beschadigd, zowel psychisch als fysiek. Door de beschadiging in de hersenen en het zenuwstelstel heeft hij veel onder te lijden. Op 30-jarige leeftijd werd hij al volledig afgeschreven. Ik vroeg aan hem: ‘Heb je achteraf spijt van je keuze?’ Hij zei: ‘Nee. Ik zou dezelfde keuze opnieuw gemaakt hebben. Alleen ben ik spijtig dat ik mijn ouders verdriet heb gedaan. Ook voel ik me schuldig omdat ik mijn teamgenoten niet kon redden. Ik ben nog heel aan de buitenkant. Velen van mijn teamgenoten zijn dood of moeten een ledemaat missen.’

Een jaar later had ik plan om een tussenjaar te nemen. De moeder van Carter nodigde mij uit in New York te verblijven. Carter is een lieveling binnen de familie, ook bij de ooms en tantes. Hij doet veel en staat altijd klaar voor hen. Ik zag hem huppelde van de trap ondanks dat hij chronische pijn heeft in zijn rug en been. Hij glimlachte en reageerde geduldig terwijl hij chronische depressie en insomnia heeft. Onze familie praatte over dat Carter klein beetje veranderd is de laatste jaren. Hij was namelijk de grappenmaker en sociale vlinder. Bij mij kwam hij rustig, beheerst, serieus en geduldig over. Ik kon goed voorstellen dat hij anders was. Want hij is zo’n persoon die warmte uitstraalt. Je voelt die gewoon als je dicht bij hem staat, ook zonder iets te horen zeggen of doen. Toen hij jonger was verloor hij zijn vriendin bij een brand ongeval op de universiteit. Na vele jaren haalt hij nog ieder jaar hun gezamenlijke foto te voorschijn ter herdenking op de dag dat zij de wereld verliet.

Ik zei een keer tegen Carter: ‘De familie moet weten wat met jou aan de hand is. Anders weten ze geen rekening met jou te houden.’             

>>> Verder lezen "(Zelf)Liefde is het omhelzen van imperfectie (deel 2)"

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.