In het nieuws las ik dat het ziekteverzuim onder Nederlandse gemeenteambtenaren opnieuw is gestegen, en wel naar een recordhoogte. Deze ontwikkeling zou iedereen toch moeten zien aankomen?
Met trots wordt in het nieuws vermeld over dat het de gemeenten gelukt is nieuw personeel aan te trekken. Ik weet niet waarom ze dat als goed nieuws beschouwen. De gemeenten of overheidsinstanties horen niet te concurreren op de arbeidsmarkt. Nu al helemaal niet vanwege de krapte. Door het hoge ziekteverzuim moet er extra geworven worden. Natuurlijk willen de meesten die naar stabiliteit in het leven hunkeren, voor de overheid werken. Er wordt daar geen zichtbare prestatie naar de ‘klant’ toe verwacht. Je wordt nooit ontslagen. Dan hebben wij er nog niet over het salaris en buitengewoon goede secundaire voorwaarden. Wij zijn wellicht ook vergeten: er zit nog een grote groep ambtenaren, in alle bestuurslagen, die vanwege ziekte of andere redenen overtollig wordt verklaard. Ze ontvangen nog steeds geld van hun werkgever, zonder werk op daar bijhorend niveau te verrichten. Dat geld wordt onder andere gefinancierd door de commerciële sector, die om personeel zit te springen. Tot slot zijn de overheidsinstanties zelf vermoedelijk niet op de hoogte van de aanzienlijke directe en indirecte kosten die gemoeid zijn met het ziekteverzuim, terwijl zij niet de organisaties zijn die financieel iets kunnen opbrengen.
Volgens CBS ontvangen er 438.600 personen bijstandsuitkering in 2022. De gemeenten onderhouden Nederlandse inwoners, die om welke redenen dan ook, niet aan het werk zijn. Daarnaast beheren de gemeenten ook een bestand van medewerkers dat niet arbeidsactief is. De redenen daarvan kunnen divers zijn: van re-integratie na ziekteverzuim tot het niet kunnen plaatsen na ‘reorganisatie’. Alles bij elkaar lijken de gemeenten erg goed te zijn in het behouden van een bepaalde normen en waarden, namelijk: in Nederland is de arbeidsparticipatie of het bijdragen aan de samenleving niet nodig. Het is toch geen wonder dat Nederland zo populair is bij de asielzoekers? Het is ook vanzelfsprekend dat wij aan de top van de lijst staan van de meest gelukkige landen. Iedereen zou zich gelukkig voelen in een land met eindeloze vrijheid zonder enig plichtsbesef of arbeidsethos, waar je slechts aan je eigen geluk hoeft te denken.
De gemeenten denken natuurlijk gelijk: oh, nu moet ik zwaaien met een zweep en juridisch een en andere afdwingen. Dit is ook hoe het algemeen in Nederland gaat: Ik doe niks of ik ga er met de gestrekte benen in. ‘Het maakt mij niet uit. De anderen moeten het maar zelf weten.’ ‘Ik moet het van mijn werk, anders krijg ik problemen. Dan maar dreigen of mensen uit de uitkering pesten.’ Hoe komt het dat de houding altijd zo zwart wit is? In geen enkele overwegingen wordt de uitkeringsgerechtigde als mens centraal gesteld. Dat kan ook niet. Heel veel gemeenteambtenaren zijn zelf nooit werkloos geweest. Ze hebben decennialang niet naar een baan hoeven te solliciteren. Hun werkende leven is zo stabiel dat ze nooit financiële onzekerheid hoeven te voelen. Ze kennen het fenomeen flex-contracten niet eens, en vele andere verschijnselen op de arbeidsmarkt. Hoe kunnen ze inleven in de situatie van de werklozen en gepaste begeleiding bieden?
Enerzijds houden de gemeenten de ontwikkeling – arbeidsparticipatie in Nederland is vrijblijvend – in stand. Anderzijds voeden ze de ontwikkeling van het ziekteverzuim onder eigen personeel, door allerlei organisatieproblemen te laten wortelen. Er wordt niets actiefs of positiefs gedaan aan beide problematieken. Daarentegen gaan ze extra probleem voor de maatschappij creëren, door nog meer te vissen uit de vijver waar al weinig vissen zijn. De overheidsinstanties belasten daarmee de andere sectoren, de arbeidsmarkt en hebben indirect negatieve impact op de samenleving. Een medewerker minder in de zorg gaat om leven en dood. Een medewerker minder in het onderwijs gaat ten koste van het welzijn van jeugd nu en de kwaliteit van de samenleving in de toekomst. Waarvoor zijn zoveel hiërarchische managementlagen nodig bij de overheidsinstanties, naast zoveel adviseurs en beleidsmedewerkers? Zien we de kwantiteit terug in de kwaliteit van dienstverlening bij de overheid?
Een recent voorbeeld is de oprichting van UHT (Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen) voor het toeslagenschandaal. De Belastingdienst heeft veel mensen daarvoor geworven. Het is een regelrechte schande gezien de krapte op de markt. De overheid wappert met het geld van de belastingbetalers, om de door haar zelf veroorzaakte problemen op te lossen. In tussentijd staat de klok op: 133 vacatures per 100 werklozen. Ik hoorde toevallig van een persoon die vanwege de goede verdiensten tijdelijk voor UHT werkt: door velen wordt er maar één dossier per week afgehandeld. Het is dan ook niet raar dat de voortgang discutabel is, ondanks er met geld gesmeten wordt daar. Hier gaat wederom het geld van de belastingbetalers, die de problemen zelf niet hebben veroorzaakt. Ik zag zelf niet zitten om daar aan de slag te gaan. Ik weet dat ik dan de werkwijze wil verbeteren terwijl de mensen daar niet op zitten te wachten. Iedereen die productiviteit en kwaliteit belangrijk vindt, zou mijn gedachten kunnen volgen. Ik moet mezelf recht in de spiegel kunnen aankijken wanneer ik ‘s avonds thuiskom. Leven met één dossier per week kan ik simpelweg niet, omdat ik weet dat talloze gezinnen na 10 jaar ellende nog steeds van mijn inzet afhankelijk zijn. Na het optuigen van 15 regelingen voor UHT moet men toch eindelijk inzien? De oplossing zit niet in de politiek of het bedenken van nog meer wetten en regelgevingen. De enorme gevolgen van het niet tijdig aanpakken van organisatieproblemen, moeten nu zeker wel opvallend genoeg zijn voor alle partijen.
In het krantenartikel hebben ze ook vermeld over de gemiddelde leeftijd bij de gemeenten en het aantal zestigplussers. Daarmee willen ze wellicht de suggestie wekken dat het hoge ziekteverzuim leeftijdsgebonden is. Ik vind hier sprake is van leeftijdsdiscriminatie. Wat ik zelf gezien heb door de jaren heen: het zijn niet de zestigplussers die langdurig ziekteverzuim op hun naam hebben staan. Het zijn ook geen medewerkers met etnische afkomst die met burn-out of ziekteverzuim te maken krijgen. Als het hoge ziekteverzuim plaatsvindt over een hele sector, dan is er geen sprake van toeval meer. Vooral wanneer een toenemende trend waar te nemen is door de jaren heen, terwijl de benodigde acties uitblijven. Er is overduidelijk iets binnen de sector die de negatieve ontwikkeling voedt. En waarschijnlijk zal het aantal ziekteverzuim blijven toenemen wanneer dat ‘iets’ niet aangepakt wordt.
Er leeft ook nog een fabeltje dat het ontvangen van een hoger salaris gelijk staat aan betere kwaliteit op het werk. Ik weet bijvoorbeeld niet hoe het verband is gelegd door de onderwijsbonden. Volgens hen leidt de salarisverhoging tot betere kwaliteit in het onderwijs. Gezien het minimale personeelsverloop bij de overheidsinstanties door goede arbeidsvoorwaarden, bewijst al een goede beloning geen invloed heeft op de feitelijke prestatie. Al die problemen in het onderwijs zoals kansengelijkheid en basisvaardigheden beneden het niveau, worden heus niet opgelost nadat de salarissen omhoog worden geschroefd.
Ellendige praktijken kunnen minder voorkomen als wij beseffen dat geld niet altijd de remedie is voor problemen. Met dat besef hoeft er waarschijnlijk ook minder belasting betaald te worden. Door verminderde belastingheffing neemt toch het besteedbare inkomen toe? Waarvoor is de onderhandeling voor een hoger salaris nodig? Als er minder geld en mankrachten naar het achteraf fixen van problemen gaan, dan ontlast de overheid toch ook de belastingbetalers en de arbeidsmarktkrapte? En als de werkdruk afgenomen wordt door een degelijke organisatie, dan daalt het ziekteverzuim toch ook?
Nederland, ga eens keer leren problemen op te lossen zonder gelijk geld uit te geven. In het geval van ziekteverzuim: met het geld van de belastingbetalers de frisse jonge nieuwkomers binnenhalen, zodat ze later alsnog ziek worden en in het ziekteverzuim belanden, is geen voorbeeldige werkgeverschap. Het continu verbeteren van de werkomgeving en -omstandigheden voor de werknemers, is de enige optie.
Reactie plaatsen
Reacties